Deze 30-jarige dichter en filosoof uit Denemarken heeft inmiddels al vier bundels gepubliceerd, die in Denemarken niet onopgemerkt zijn gebleven; in eigen land wordt Signe Gjessing regelmatig met Inger Christensen vergeleken. Voor haar werk ontving ze onder andere de prestigieuze Bodil & Jørgen Munch Christensen-prijs voor opkomende schrijvers. Haar bekendste bundel is haar meest recente, Tractatus Philosophico-Poeticus, geïnspireerd op het werk van Wittgenstein. Over de beroemde filosoof zegt ze zelf: ‘Ik denk niet dat hij van dit boek zou houden, maar misschien zou hij er wel een beetje om moeten lachen.’ In haar bundel sluit Gjessing een huwelijk tussen filosofie en poëzie en gebruikt ze deze genres om de grenzen van de realiteit te verkennen. Grote concepten als Het Universum, Werkelijkheid, Mogelijkheid en Zijn volgen elkaar in hoog tempo op in gedichten die zich niet in een tijd of ruimte lijken af te spelen. In haar afgemeten stijl schrijft Gjessing helder op wat ze denkt en waarneemt, soms op serieuze, soms op speelse toon. Tijdens Poetry International deelt Gjessing deze filosofische gedachten en gedichten voor het eerst met een Rotterdams publiek.
Dit artikel is enkel voor abonnees
Meld je aan als abonnee of abonneer je om verder te lezen op poeziekrant.be.