In zijn autobiografie Het land van de handen schrijft Luuk Gruwez in een brief aan Hester Knibbe: ‘Prettige kerel en enorm natuurliefhebber, die MARC TRITSMANS. Onderschat dichter ook, behalve door Komrij en zo nog een paar diehards als Benno, Miriam en mijzelf.’

Dit artikel is enkel voor abonnees

Meld je aan als abonnee of abonneer je om verder te lezen op poeziekrant.be.