Vroeg of laat zal de mensheid verdwenen zijn. Dan is het te laat om deze gedichten te lezen’, staat gedrukt op de achterflap van de dichtbundel met een titel die maar weinig aan de fantasie overlaat: De ondergang. Ondanks alle spontane associaties van deze titel met de opwarming van de aarde, stijgende zeewaterniveaus, hevige regenval en buitengewone droogte, zijn deze thema’s slechts sporadisch te vinden in de bundel. We maken vooral kennis met al wat er niet meer zal zijn als alles voorbij is: er heerst stilte in de bibliotheek, ‘die nu voor eens en altijd zal sluiten’, ‘de taal dooft uit’, ‘het paradijs davert, half hel geworden’ en ‘de tijd wordt vergeten – nee meer dan vergeten: hij verdwijnt’.
Dit artikel is enkel voor abonnees
Meld je aan als abonnee of abonneer je om verder te lezen op poeziekrant.be.