Sasja Janssens nieuwe bundel Virgula opent met een gedicht waarin de ik-persoon vanwege een zwangerschap aan haar bed gekluisterd is. Ze zit half rechtop tegen de muur en schrijft brieven. Het is aannemelijk dat deze brieven de gedichten zijn waaruit de bundel zelf bestaat, want deze beginnen steeds met een adressering of aanroep van ‘Virgula’, een onbestemde figuur die het midden houdt tussen een muze, een demonische kracht en een penvriendin.

Dit artikel is enkel voor abonnees

Meld je aan als abonnee of abonneer je om verder te lezen op poeziekrant.be.