Anneke Brassinga, laureaat van de P.C. Hooftprijs voor poëzie, staat eigenlijk nogal sceptisch tegenover het genre: ‘Poëzie, ik houd er niet van; ze is meestal ongevaarlijk maar hinderlijk, als een wolk muggen die het zicht verduistert, die zich gonzend tussen mij en de taalloze wereld dringt, en ook nog steekt, irriteert. Gedichten die ik lees vergeet ik meestal zo snel mogelijk omdat ik wat ze aandragen al weet of niet wil weten, omdat ze te welluidend of te onwelluidend zijn, omdat de beeldspraak te bot of te hol is, de bedoeling te eenduidig.’ Ze besluit haar nieuwste boek Crudités dan ook met een door haarzelf vertaald gedicht van Marianne Moore, ‘Poetry’, erbij vermeldend dat het statement uit de openingsregel haar ‘uit het hart gegrepen is’: ‘Ook ik heb er een hekel aan: er zijn belangrijker dingen buiten al die lariekoek.’
Dit artikel is enkel voor abonnees
Meld je aan als abonnee of abonneer je om verder te lezen op poeziekrant.be.