In deze rubriek wordt telkens een opmerkelijk item uit de collectie van Poëziecentrum voorgesteld

’Een schuurtje, een kleine handdegelpers, enkele kasten met loodletter en een enthousiaste amateur vormen tezamen een mini-drukkerij/uitgeverij, de naam “Atalanta” dragend.’ Met deze bescheiden mededeling lieten René en Tineke Bakker in januari 1979 aan de wereld weten dat er een nieuwe speler in de Nederlandse margedruk was opgestaan.

Tineke en René Bakker © Ton Kastermans

In het voortraject van de Atalanta Pers is de figuur van Herber Blokland van groot belang, de margedrukker van de Arethusa Pers, die net als de Atalanta Pers gevestigd was in Baarn. Het werk van Blokland stimuleerde het echtpaar Bakker om zelf ook met een eigen drukkerij/uitgeverij te beginnen. Over de jaren heen verwierven ze verschillende vaardigheden die hen toelieten om zelf te drukken en de volledige afwerking van de boeken ‘in eigen beheer’ te kunnen doen. René legde zich vooral toe op het vormgevings-, zet- en drukproces, Tineke volgde cursussen handboekbinden waardoor zij de afwerking van de boeken op zich kon nemen.

Aanvankelijk zou de nieuwe pers de naam ‘Boompers’ krijgen, maar na een tweetal proefdrukken gaven ze de voorkeur aan de naam Atalanta Pers, naar de gelijknamige vlinder. Net zoals bij de eerste naam, drukt deze nieuwe naam de verbondenheid van de makers met de natuur uit. De levenscyclus van de vlinder staat meteen ook symbool voor de fascinatie van de makers voor metamorfosen en groeiprocessen in de natuur.

De eerste publicatie, Voedsel tot nadenken, bestond uit een mapje met zes op zelf geschept kringlooppapier gedrukte teksten, dat gratis werd toegezonden aan belangstellenden. Het mapje bevatte een aantal maatschappijkritische teksten, verzameld, bewerkt en geschreven door Bakker. De tweede publicatie, die ook al in 1979 verscheen, bevatte twee fragmenten uit het lange middeleeuwse, strofische gedicht Wapene Martijn van Jacob van Maerlant. De teksten gingen vergezeld van drie linosneden van Bakker zelf.

In deze eerste twee uitgaven komt al een aantal krachtlijnen naar voren die ook in de verdere geschiedenis van de pers hun beslag zouden krijgen. Inhoudelijk zal zowel het maatschappelijke als het literaire aspect tot verdere wasdom komen in de vele titels die de Atalanta Pers zal publiceren. Vormelijk is meteen ook duidelijk dat beeldende kunst een centrale plaats in het fonds zal innemen en dat Bakker zich niet enkel als zaakvoerder en uitgever wil profileren, maar ook als grafisch kunstenaar.

Hoewel de Atalanta Pers af en toe een uitstapje maakt naar het proza met bijvoorbeeld korte prozateksten en -fragmenten van Jules de Corte, Julio Cortázar en Octavio Paz, was van meet af aan duidelijk dat de Atalanta Pers zich vooral op poëzie zou richten. In sommige gevallen maakt Bakker zelf een keuze uit het werk van een dichter. De derde publicatie (1981) van de Atalanta pers bevatte bijvoorbeeld een selectie van 12 gedichten van Paul van Ostaijen. Voor de reeks ‘Zeven Zestigers’ liet hij zeven dichters uit ‘de generatie van zestig’ zelf een keuze maken uit hun werk: H.C. ten Berge, J. Bernlef, Hans Faverey, Jacques Hamelink, Judith Herzberg, Rutger Kopland en Willem van Toorn. Elke bloemlezing ging ook vergezeld van een korte beschouwing over leven en werk van de auteur, geschreven door toonaangevende literaire critici zoals Rein Bloem, Ad Zuiderent, Wiel Kusters, … In De wereld een cocon (Althaea Pers, 2012), dat naast een uitvoerige bibliografie van de publicaties van de Atalanta Pers ook een aantal algemene beschouwingen bevatte, duidde Jos Swiers de reeks als een poging van Bakker tot literaire canonisering van de dichtersgeneratie van Zestig. Swiers concludeerde echter dat die poging maar in beperkte mate geslaagd was en dat de literaire kritiek zijn streven niet heeft overgenomen. Wat blijft is natuurlijk een boeiende reeks van bloemlezingen die vanwege de keuze door de dichters zelf interessant kan zijn in de literaire receptie van die dichters.

De meeste bundels van de Atalanta Pers bevatten echter nieuw, ongepubliceerd werk. Het is Bakker zelf die de dichters uitnodigt om mee te werken aan een project. De contouren van zo een project kunnen thematisch zijn , maar kunnen ook betrekking hebben op het schrijfproces zelf. Zo publiceerde de Atalanta Pers bijvoorbeeld poëtische dialogen tussen onder anderen Miriam Van hee en Hester Knibbe, Eva Gerlach en Sasja Janssen, Ineke Holzhaus en Neeltje Maria Min. De keuze van de dichters is minder het gevolg van een uitgekiende poëtica, maar vertrekt vooral van de literaire voorkeuren van Bakker zelf. De lijst van dichters die meewerkten aan een Atalanta-uitgave leest als een heuse plejade van de Nederlandstalige poëzie van de 20e en 21e eeuw: Leo Vroman, Huub Beurskens, Cees Nooteboom, Adriaan Morriën, Mark Boog, Frans Budé, Wiel Kusters, Benno Barnard, H.H. ter Balkt, Eddy Van Vliet, Piet Gerbrandy, K. Schippers, …

De aandacht voor beeldende kunst bij de Atalanta Pers heeft zich in de loop der jaren vertaald in een reeks kunstenaarsboeken, waarbij grafici zichzelf presenteerden in woord en beeld. Het werk van onder meer Henri Plaat, Cees Andriessen, Oey Tjeng Sit en Ton Frenken werd op die manier belicht. De aandacht voor grafiek nam soms ook een speelsere wending aan, getuige de lange lijst aan kaartjes, enveloppes, uitnodigingen, cassettes, briefpapier, … die Bakker in de schoot van de Atalanta Pers in de loop der jaren ontwierp.

Ook Poëziecentrum bezit een – bescheiden – collectie uitgaven van de Atalanta Pers, die op eenvoudig verzoek ingekeken kunnen worden. Een van de particulierste Atalanta- uitgaven hebben we weliswaar niet in ons bezit, maar werd in februari 2012 wel tentoongesteld in Poëziecentrum. Het betreft de publicatie Bloomsday/Bloomsdag, een uitgave op één (1!) exemplaar met citaten uit Ulysses van James Joyce in vertaling van Paul Claes, die indertijd vervaardigd werd in opdracht van de bibliofiel Leo J.M. Koenders.

45 jaar bestaat de Atalanta Pers ondertussen en dat werd eind september gevierd tijdens een feestelijke zitting, waarbij een deel van het archief werd overgedragen aan Het Huis van het Boek in Den Haag en waarbij Ton Naaijkens een beschouwing voorlas, die ook in druk is verschenen onder de titel De wereld een imago. Met Met een aardige groet, een hommage aan de in 2023 overleden beeldend kunstenaar Henri Plaat, met wie de Atalanta Pers vaak samenwerkte, werd die dag ook terug- en vooruitgeblikt. Dat de pers nog niet uit-gedrukt is, mag blijken uit het feit dat begin november nog een nieuwe titel werd voorgesteld, Gaandeweg, een verzameling van de laatste gedichten die Hans Tentije voor zijn overlijden schreef. En waar de Atalanta-vlinder daarna heen vliegt, zullen we samen met alle lezers nog ontdekken...

DEZE EN ANDERE SCHATTEN ONTDEKKEN? DAT KAN!
Kom langs in het documentatiecentrum van Poëziecentrum.
Voor meer beeld- en geluidsmateriaal zie ook www.paukeslag.org.